Samenvatting
Lazarus, Lazarus, in Godsnaam, sta op!' riep Isa. Uit het graf kwam een kleine gestalte tevoorschijn, gewikkeld in doeken. Op de tast vond hij Isa en sloeg zijn armen om hem heen. 'Ik wist het wel' zei hij door de windselen heen. 'Ik wist wel dat je me zou komen redden.' Isa werd het zwart voor ogen. Hij viel flauw. Een jongeman keert na lange tijd terug naar zijn geboorteland. Daar ziet hij hoe de mensen worden uitgebuit door de bezetter en door hun religieuze leiders. Hoe meer hij ziet en te weten komt, hoe meer hij verstrengeld raakt in een poging er iets aan te doen. Slechts gewapend met een boodschap van vergeving gaat hij de strijd aan met de hoogste autoriteiten. Als een kleine jongen wordt opgepakt vanwege hem, besluit hij dat het tijd is om er mee op te houden. Maar het is al te laat. De priesters van de tempel willen maar één ding: zijn dood.