Samenvatting
'Je schrikt op, alsof iets in je binnenste afgaat- het wekt je, zet je rechtop door een mini-oerknal onder je borstbeen. (..)' Dichters zijn ook maar mensen, die ook minnaars, slaven en slachtoffers zijn van de liefde. Met woorden wordt geprobeerd om vooral het laatste lot te ontlopen, of op zijn minst om te toveren tot poëzie. Poëzie die recht doen aan de onrechtvaardige kant van de liefde. Wat mooi is, moet pijn lijden. De liefdesrelatie in deze poëziebundel gaat al snel bergafwaarts door een mistig besef van verval. Wanneer de mist optrekt is er nog maar weinig over van de hoofdpersoon. De opgelopen klap is zo hard dat het resulteert in verdriet, woede, angst, eenzaamheid en vooral insomnia. Wat als droom begon eindigt in een nachtmerrie. Waar de vorige bundel 'AAP|NOOT|MIES' deed zweten van warmte gaat deze opvolger niet in de koude kleren zitten. Miguel Santos (1986) is een Rotterdamse schrijver, dichter en presentator van de PoetsClub Rotterdam. Na verschillende publicaties in o.a. Wij dragen Rotterdam, Ode aan, Gers! Magazine, OnzeHaven en Lijn 4 bracht hij drie bundels 'UURTJESPOËZIE' uit als eerste bundeling van eigen werk.