Fragment
(...) Met de jaarwisseling komt ook de wisseling der tijdperken ter sprake en de laatste getuigen van de epoque van paard en kar spreken over een door de eeuwen verslonden dorp waarin gemotoriseerde vierwielers bezienswaardigheden waren. De periode der trek- en lastdieren heeft vele duizenden zoniet miljoenen jaren standgehouden en de waarde van het paard wordt pas duidelijk wanneer zij die al met één voet in het graf staan, opmerken dat in ons moderne heden alles onderling afhankelijk werd en derhalve bijzonder kwetsbaar. Wat immers is nog de waarde van een auto als het wegennet ontbreekt, bijvoorbeeld omdat de kosten voor de eeuwigdurende onderhoudswerken daarvan de pan uitrijzen, omdat de wegen dichtslibben of omdat de bodem van de olieputten in zicht komt? Het autoverkeer vergt de totale vervanging van de oorspronkelijke moerassen, rotsformaties en woestijnen door een verhard en effen wegennet. Ononderhouden banen bezaaid met putten, modderpoelen en stenen zullen ooit het verkeer op wielen afstraffen en zij zullen eindelijk opnieuw de glorie aan het licht brengen van het paard dat immers ogen heeft en poten: Baai en Blesse kijken en zien waar zij horen te lopen en zij planten hun tenen op de schaarse veilige plekken tussen alle oneffenheden in. Bovendien doen zij dat met een behendigheid, met een nauwkeurigheid en met een snelheid waarvan machines niet eens kunnen dromen. Paarden halen makkelijk 60 km per uur – het record ligt op 88 – en anders dan auto's gaan zij zowat een actief mensenleven mee: makkelijk 30 jaar – het leeftijdsrecord ligt op 56. Tenslotte vervuilen paarden niet – paardenmest is perfect recycleerbaar – zij drinken niet, brengen hun volslagen blinde berijders veilig thuis en zij zien in het donker zelfs beter dan katten. Dode hoekspiegels zijn overbodig want een paard ziet bijna alles om zich heen en bruggen over greppels bouwen paarden zomaar springend door de lucht. Van iemand die goed kan onthouden, wordt gezegd dat hij een geheugen heeft als van een paard en van Kluger Hans wordt gezegd dat dit paard kon rekenen – wat ook nodig is, wil men zich aan hoge snelheid door de wildernis verplaatsen volgens de willekeur van de beteugelende ruiter of koetsier. (...)
×