Samenvatting
Op de vraag welk literair genre bij het humanisme past, zullen veel humanisten als antwoord geven dat het de roman is. Daarin staat immers vaak een mens centraal die in de loop van het verhaal een ontwikkeling doormaakt. Rudy Schreijnders onderzocht in hoeverre het essay opgevat kan worden als een bij het humanisme passend literair genre. Twee haast vanzelfsprekende vertegenwoordigers van deze traditie zijn de zestiende-eeuwse humanist en filosoof Michel de Montaigne, de 'uitvinder' van het essay-genre, en Multatuli, de negentiende-eeuwse Nederlandse humanist, vrijdenker en schrijver. Schreijnders concludeert dat ook Rudy Kousbroek tot deze essayistisch-humanistische traditie gerekend kan worden. Aan de hand van de vijf kenmerken van deze traditie wordt de verwantschap tussen Montaigne en Multatuli enerzijds en Kousbroek anderzijds geanalyseerd. De kenmerken vormen tevens de leidraad voor een uitvoerige bespreking van Kousbroeks oeuvre. Hierdoor ontstaat niet alleen inzicht in de reikwijdte en kwaliteit van zijn essays, maar ook met welke stijlmiddelen hij zijn lezers weet te overtuigen. Rudy Schreijnders is literatuurhistoricus. Hij schreef dit boek als proefschrift bij het J.P. van Praag Instituut en de Graduate School van de Universiteit voor Humanistiek.