Samenvatting
De ‘rode bovenmeester’, Adriaan Gerhard (1858-1948), was tot aan de jaren dertig van de vorige eeuw een begrip in de onderwijswereld, in de politiek en onder vrijdenkers. Hij ontwikkelde zich al jong tot een consequente vrijdenker, was de eerste bekende pedagoog die een humanistische opvoeding zonder kerkelijke en andere dogma’s bepleitte en vertegenwoordigde langdurig de Nederlandse sociaaldemocratie zonder een echt partijmens te worden. Als zoon van een vooraanstaande socialistische kleermaker werd hij op vierentwintigjarige leeftijd het hoofd van een volksschool in de Jordaan. Hij maakte naam als voorvechter van de verbetering van het onderwijs aan de allerarmsten en van de geestelijke verheffing van de arbeiders. De rode bovenmeester biedt een goede inkijk in de roerige, vooroorlogse geschiedenis van de socialistische en humanistische beweging. Centraal staat Adriaan Gerhard, een bedachtzaam man die behept met een flinke dosis vooruitgangsoptimisme probeerde de samenleving een beetje beter en rechtvaardiger te maken. Iemand die in het door en door christelijk Nederland als spreekbuis van de vrijdenkers steeds wees op een reëel alternatief. Een eigenzinnig humanist, die in de geschiedschrijving wat op de achtergrond is geraakt en met dit boek zijn terechte plaats terugkrijgt. Sjoerd Karsten is emeritus-hoogleraar aan de Universiteit van Amsterdam en schreef een proefschrift over rode onderwijzers rond 1900, waartoe naast Adriaan Gerhard en zijn broer Jan ook mensen zoals Theo Thijssen behoorden.