Samenvatting
Huiselijke taferelen werpt een geheel nieuw licht op de beeldenrijkdom van de Hollandse Gouden Eeuw. Uitgangspunt is de stelling dat schilderijen, architectuurtekeningen en andere visuele producten een vorm van kennis belichamen. Die kennis is samengebald in de kunst van het bouwen, het schilderen en de poëzie, maar ook in de wijze waarop burgers in de stad samenleefden of hoe men een huwelijk inrichtte. Een diepgaand onderzoek naar de verbeelding van het huiselijk leven in werken van Simon Stevin, Jacob Cats, Pieter de Hooch en Samuel van Hoogstraten legt het fundament voor deze stelling. In al deze kunsten en disciplines is een coherent kennissysteem werkzaam dat berust op de natuurfilosofie van Aristoteles. Heidi de Mare ontwikkelde een zeer oorspronkelijke benadering, waarin inzichten uit kunst- en architectuurgeschiedenis, cultuurgeschiedenis en historische letterkunde samenkomen. Wanneer we gedisciplineerd kijken, blijkt het eigene van de Nederlandse cultuur sterker bepaald door beelden dan we tot nog toe veronderstelden. Heidi de Mare is docent Algemene Cultuurwetenschappen aan de Vrije Universiteit Amsterdam.