Samenvatting
‘Een kei in de Wetstraat’; ‘Een van de iconen van de Belgische journalistiek’; ‘Een sterkhouder van De Standaard’. Toen Hugo De Ridder in oktober 2018 onverwacht overleed, werd hij alom geroemd als een uitzonderlijk en invloedrijk journalist. De necrologieën wezen meestal op de boeken waarin hij op meesterlijke wijze belangrijke hoofdstukken van de Zeitgeschichte reconstrueerde en analyseerde. Daardoor bleven zijn eigenlijke journalistieke werk bij De Standaard(1966-1990), zijn bijdrage aan de ontwikkeling van de krant en zijn aandeel in de stevige reputatie die ze in die periode opbouwde wat onderbelicht. Wie anders en wie beter dan Gaston Durnez kan dat hiaat opvullen? Gaston Durnez was gedurende dat kwarteeuw niet alleen een eveneens gerenommeerde collega, maar ook een goede vriend van Hugo – een vriendschap die ook nadien stand zou houden. Helemaal in de trant en de stijl van Een mens is maar een wandelaar (2018), waarin Durnez herinneringen ophaalt aan 29 mensen die hij op zijn levenspad heeft ontmoet en die op een of andere wijze indruk gemaakt en invloed uitgeoefend hebben op hem, is Hugo in de jungle een éclat de biographie – een dertigste en laatste bouwsteen van zijn portret van een inspirerende generatie die voorbij is. Herman Van Rompuy, die tot de christendemocratische vriendengroep van Hugo behoorde, en Mark Deweerdt, die redacteur was op de door Hugo geleide binnenlandredactie van De Standaard, vullen Durnez’ schets aan met enkele eigen herinneringen.