Samenvatting
Hoe zeg je dag als je iemand niet kunt missen is een boekje vol gedeelde smart. Een eerbetoon aan het leven van onze doden. Een boekje om bij te zuchten, te klagen, te schreeuwen of te knikken. Over zielig zeer en zinloos hoezo. Over stuk en heel graag heel, maar hoe dan. En dat alles gewoon doorgaat. Dat het toch altijd weer lente wordt. Misschien biedt het wat troost of maakt het je minder alleen. De dood verbindt. Daar is deze bundel een voorbeeld van. Columnist Wies Sanders en dichter Regine Hilhorst kennen elkaar als vroegere buurvrouwen al meer dan dertig jaar. De laatste jaren liepen ze elkaar vaak tegen het lijf. Helaas ook steeds vaker bij uitvaartplechtigheden van wederzijds bekenden, waar Wies begeleidde en waar Regine gedichten voordroeg. Na de dood van buurvrouw Ans uit de straat besloten ze dat het tijd werd om ‘verlies’ te bundelen. Wies Sanders schrijft columns voor huis-aan-huisbladen in de regio over haar werk als uitvaartbegeleidster en alles wat de dood met zich meebrengt. Columns waarin zij de mens op zijn kwetsbaarst schetst als de dood hem overvalt. Want hoe voltooid een leven kan zijn, de dood blijft vrij verbijsterend. De gedichten van Regine Hilhorst – geschreven uit lijfsbehoud na teveel dood dichtbij – zijn bedoeld als aanvulling, verdieping of als contrast bij de columns van Wies Sanders. De gedichten beschrijven ook het missen en hoe je je als achterblijver opnieuw moet uitvinden. Regine is theatermaker, docent, schrijver en dichter. Lies Koning, die al eerder illustraties maakte bij gedichten van Regine Hilhorst, voegde zich later bij Wies Sanders en Regine en verbindt met haar directe illustraties gedicht met column en maakt daardoor het woord zichtbaar. Lies is in het dagelijks leven forensisch verpleegkundige.