Samenvatting
Het papier is geduldig, de lezer niet. Daarom is het zaak dat je je boodschap zo helder en aantrekkelijk mogelijk op papier zet, zodat je de aandacht van je lezers beter vasthoudt en ze in één keer begrijpen wat je wilt zeggen. Met de tips en trucs in 'Hoe schrijf je dat?' leer je hoe je meer vaart in je teksten brengt, hoe je de begrijpelijkheid vergroot en hoe je het kort en bondig houdt. Het boek besteedt ook aandacht aan fouten en twijfelgevallen in zinsbouw, woordkeus én de nieuwe (groene) spelling. Fouten en twijfelgevallen Denk daarbij aan zaken als 'kromme zinnen', een aantal is/zijn, u of uw, een aantal chronische taalziektes als de haar-ziekte, wat-ziekte, het hun-hebbensyndroom, het groter-als-jouvirus en de Engelse losschrijfziekte. Vanzelfsprekend komen ook de d's en t's in werkwoorden (ook Engelse) aan de orde, net als die lastige tussen-n (pannekoek of pannenkoek), punten, komma's, haakjes, streepjes en andere schijnbaar onbelangrijke leestekens. Uitgebreid trefwoordenregister Om snel antwoord op je vragen te vinden, bevat dit boek een uitgebreid trefwoordenregister. Op de betreffende pagina's vind je die trefwoorden in de marge of in een kop. Dat zoekt snel en gemakkelijk terug.