Samenvatting
Geschreven teksten kunnen begrijpen, is essentieel voor kinderen om goede resultaten te behalen op school. Talloze studies hebben aangetoond dat een goede woordenschat de belangrijkste voorspeller is voor het begrijpen van teksten. Dit boek bespreekt de nieuwste visies op hoe kinderen woorden leren en hoe zij hun woordenschat kunnen verbreden en verdiepen. Daarbij wordt een onderscheid gemaakt tussen woorden van verschillende moeilijkheidsgraad en worden ook verschillende vormen van toetsing besproken. Het boek sluit af met een aantal uitgewerkte lesvoorbeelden en een lijst met nagenoeg 1700 woorden die voor leerlingen in het basisonderwijs belangrijk zijn. Deze publicatie is bedoeld voor leerkrachten, intern begeleiders, zorgleerkrachten, lerarenopleiders, (ortho)pedagogen, onderwijskundigen, taalkundigen, logopedisten en andere professionals die betrokken zijn bij het onderwijs, of die voor een van die functies in opleiding zijn. Over de auteurS Agnes Tellings is onderzoeker-docent aan het Behavioural Science Institute van de Radboud Universiteit in Nijmegen. Haar onderzoek richt zich vooral op de ontwikkeling van woordenschat bij basisschoolleerlingen in het regulier en speciaal onderwijs. Karien Coppens, sociaal wetenschapper, deed onderzoek bij dove en slechthorende leerlingen, in vergelijking met leerlingen zonder een gehoorbeperking. Momenteel werkt zij als onderwijsonderzoeker bij de Universiteit Maastricht.