Samenvatting
In 1928 publiceerde auteur en antropoloog Zora Neale Hurston het essay ‘How It Feels To Be Colored Me’. Met humor en een scherpe pen schreef Hurston over haar identiteit als vrouw van kleur. Bijna honderd jaar later spreken haar woorden nog steeds tot de verbeelding van veel jonge schrijvers van kleur wiens verhalen gelezen worden als reactie op de gevestigde literaire norm. In deze eerste Nederlandse vertaling van Hurstons essay worden haar provocatieve ideeën opnieuw belicht vanuit het heden door een briefwisseling tussen Simone Atangana Bekono (Hoe de eerste vonken zichtbaar waren) en de Amerikaanse dichter Kristina Kay Robinson (Mixed Company). Op weergaloze wijze verweven de twee schrijvers hun eigen verhalen. In een ontroerende reactie op Hurstons woorden vloeit er een uitwisseling voort over gemeenschap en over thuishoren, maar vooral over identiteit als een eindeloos, onvoltooid gesprek.