Samenvatting
Zestig procent van de jongeren tussen de 12 en 16 jaar gaat naar het VMBO. Al vanaf de invoering tien jaar geleden wordt dat schooltype afgeschilderd als schrikbeeld, als onderwijs voor verliezers in de kenniseconomie. In die kritiek klinkt een oud maar scherp standsbesef door. Daarmee is een belangrijke doelstelling van het VMBO mislukt: het tegengaan van de statusdaling van het lager beroepsonderwijs.
In Het VMBO als stigma bekijkt Rineke van Daalen de ontstaansgeschiedenis van het vmbo en het dagelijks leven op school. De spanning die telkens terugkeert is die tussen denken en doen, tussen theoretisch en praktisch onderwijs. Die oude tegenstellingen zijn belangrijke organiserende principes gebleven. Ze werken niet alleen door in de beoordeling van schoolprestaties, maar ook in het zelfbeeld van de leerlingen.