Samenvatting
De gezondheidszorg staat onder druk. Dubbele vergrijzing, schaarste en een toenemende focus op zelfredzaamheid vormen belangrijke uitdagingen voor zorgprofessionals. Door de groeiende druk rijst de vraag of we als verpleegkundigen wel het juiste doen. Doen we niet teveel? Hebben de ingezette interventies het gewenste effect? Wat we daarmee eigenlijk vragen, is: hoe hanteren we het verpleegkundig proces? Of je nu verpleegkundige bent in het ziekenhuis, in de verslavingszorg of in de gevangenis: het verpleegkundig proces is de basis van jouw handelen. Daarin stel je immers vast welke interventies je gaat inzetten voor welke problemen en waar de interventies toe moeten leiden. In dit boek laten de auteurs zien hoe je het verpleegkundig proces kunt inzetten als middel om te komen tot de best passende zorg voor de zorgvrager. Niet alleen met het oog op de (toekomstige) schaarste, maar juist ook om de kwaliteit van zorg te vergroten door de juiste dingen te doen en de juiste dingen te laten als verpleegkundige. Het verpleegkundig proces is geschreven vanuit de context van de hedendaagse uitdagingen in de verpleegkunde. De vele praktijkvoorbeelden en casuïstiek maken de toepassing in de praktijk voortdurend zichtbaar. Bij het boek hoort een uitgebreide digitale module waarin studenten het verpleegkundig proces methodisch kunnen doorlopen, toegespitst op de zorgsector waar zij stage (willen) lopen. Het verpleegkundig proces is geschikt voor studenten verpleegkunde op mbo- en hbo-niveau en voor werkende verpleegkundigen en managers in de zorg. Het boek sluit aan op het nieuwe opleidingsprofiel BN 2030. Jelle Reijngoudt is als docent-onderzoeker verbonden aan Fontys Hogeschool, en is daarnaast verpleegkundige en verplegingswetenschapper. José van Dorst is wijkverpleegkundige, bestuurslid bij SBW en promovenda aan Maastricht University, waar zij onderzoek doet naar praktijkvariatie rondom de indicatiestelling in de wijkverpleging.