Samenvatting
Een bamboesnijder vindt een piepklein meisje in de schacht van een bamboestengel. Hij neemt haar mee naar huis. Binnen een paar maanden groeit ze uit tot een adembenemende schoonheid die alle mannen in het keizerrijk het hoofd op hol brengt. De prinses verdraagt geen toenadering en wijst haar vrijers onbewogen af. Vijf prinsen houden vol. Van hen eist ze onmogelijke geschenken voor haar zintuigen. 'Hij die iets meebrengt dat ik nog nooit heb gezien, gehoord, geroken, gevoeld of geproefd, en die er precies maar dan ook precies hetzelfde bij voelt als ik, met hem zal ik trouwen!' Alle prinsen falen. Dan probeert de keizer, die van de hardvochtige prinses heeft gehoord, haar voor zich te winnen met hoofd en hart... Pauline van de Ven zette een van de oudste verhalen ter wereld, het Japanse 'Taketori Monogatari' (9de eeuw) om in een teder, naar de vorm lichtvoetig sprookje voor volwassenen over liefde en afwijzing. De maanprinses beeldt het narcissusconflict uit, dat draait om het tegenstrijdige verlangen om volmaakt samen te vallen met de geliefde en tegelijk een vrij en zelfstandig individu te zijn. De auteur ontving de Halewijn oeuvreprijs. Met 11 linosnedes.