Samenvatting
Het exploitatieplan werd, via de Grondexploitatiewet, geïntroduceerd bij de inwerkingtreding van de Wro per 1 juli 2008. Daarmee is een publiekrechtelijke basis gecreëerd voor het verhalen van grondexploitatiekosten en voor het eventuele stellen van locatie-eisen. Exploitatieplannen volgen ruimtelijke besluiten en worden vastgesteld door de overheid wanneer kostenverhaal en eventueel noodzakelijke locatie-eisen niet op een andere manier verzekerd zijn.
Dit boek beschrijft de inhoudelijke en procedurele aspecten van exploitatieplannen. Ook wordt aandacht besteed aan de samenhang tussen exploitatieplannen en ruimtelijke besluiten. De jurisprudentie over exploitatieplannen, die vooral sinds 2010 op gang is gekomen, komt in dit boek ook ruimschoots aan bod. Verder wordt aandacht besteed aan de grondexploitatieregeling in het wetsvoorstel Omgevingswet.
Met de voortgaande crisis op de vastgoedmarkt na 2008 is toenemende interesse ontstaan voor organische gebiedsontwikkeling en uitnodigingsplanologie. In dit boek komt daarom ook de vraag aan de orde hoe de grondexploitatieregeling bij deze nieuwe stijl van gebiedsontwikkeling kan werken onder de Wro en onder het wetsvoorstel Omgevingswet.
Het boek beoogt recht en praktijk rond exploitatieplannen bij elkaar te brengen en zo een hulpmiddel te zijn voor partijen die een rol spelen in het proces van grondexploitatie.
Over de auteur:
Evert Jan van Baardewijk is senior adviseur grondbeleid en vastgoedrecht. Hij is actief in de toepassing van de Grondexploitatiewet, zoals de totstandkoming van grondexploitatieplannen en de invloed daarvan op contractvorming. In breder verband richt hij zich op juridisch-strategische advisering in gebiedsontwikkeling.