Samenvatting
De lange mars van de Nez Percé. Aan het einde van de 19de eeuw hebben de Amerikaanse kolonisten hun oog laten vallen op de prachtige Wallowavallei, die van oudsher het territorium van de Nez Percé-stam is. Ze hebben gehoord dat er goud te vinden is en het land zich uitstekend leent tot veeteelt. Na lange onderhandelingen verlaat de stam noodgedwongen het gebied in het oosten van Oregon. Ze zijn woedend, maar hebben geen keus als ze willen ontsnappen aan het juk van de federale overheid en een leven in reservaten. Onder het bevel van Chief Joseph besluiten ze de gevaarlijke uittocht richting de Canadese grens te ondernemen: een moedige groep van 800 zielen, waaronder vrouwen, kinderen en ouderen, vergezeld door duizenden paarden trekt als een spookstam door het landschap en marcheert door de Bitteroot Mountains, een duizelingwekkende bergketen. Daarna trekken ze verder door Idaho, Wyoming en Montana met het Amerikaanse leger op hun hielen, dat de tragedie bij de Little Bighorn nog niet vergeten is. Na 2.000 kilometer eindigt de tocht van de Nez Percé bij de grens met Canada met een nederlaag tegen de troepen van kolonel Miles. Ondanks de overgave van Chief Joseph blijft de tocht van deze vreedzame stam een symbool van heldhaftige weerstand tegen de bezetter. Onder het waakzame oog van historicus Farid Ameur, gespecialiseerd in de verovering van het wilde westen, nemen François Corteggiani, ook grote kenner van het westerngenre, en Gabriel Andrade ons mee in een adembenemende western in het spoor van een mythisch hoofdstuk in de indiaanse oorlogen en een legendarische figuur, die zowel traditie als vrijheid hoog in het vaandel droeg.