Samenvatting
Internationale herontdekking van een groot schrijver.
In augustus 1939 neemt een Oostenrijkse militair deel aan een legeroefening. Tijdens de broeierige avonden gaan de gesprekken met zijn mede-officieren over leven en dood, en met name over het gebied daartussen. Op een vrije avond wordt hij verliefd op een raadselachtige vrouw. Hij belooft haar snel terug te keren, maar de dag erna trekt hij met zijn legereenheid naar de Poolse grens en valt Polen binnen. De Tweede Wereldoorlog is begonnen. Tijdens de heftige gevechten maakt hij rare dingen mee: duizenden krabben die naar het oosten trekken, een gesprek met zijn gesneuvelde commandant, een voltreffer die hij zonder een schrammetje overleeft, de ontmoeting met een vrouw waarin hij zijn geliefde herkent, hoewel ze in niets op haar lijkt, op een paradijselijke plek in een bos.
Het is alsof de tijd in deze roman tot stilstand komt terwijl de hoofdpersoon zich steeds gehaaster beweegt, als om te ontkomen aan zijn lot waarvan hij niet weet wat dat precies is. De rauwe werkelijkheid van oorlog en slagveld enerzijds en het magische, ongrijpbare wereld van droom en verbeelding anderzijds zorgen voor een ongehoorde spanning. Grote literatuur, en totaal eigenzinnig.
Alexander Lernet-Holenia is voor uitgeverij Wereldbibliotheek net zo'n ontdekking als Sandor Marai in 1998. Net als bij Marai treft de lezer bij Lernet-Holenia die typische Midden-Europese sfeer en het besef dat het leven groter, onkenbaarder en onbeheersbaarder is dan we in onze moderne overmoed willen geloven.
Voor liefhebbers van Sandor Marai, Karel Capek, Jozef Wittlin, Slobodan Snajder.