Samenvatting
Zelden is een Nederlandse diplomaat zo invloedrijk geweest als Herman van Roijen (1905-1991). Gedurende zijn veertigjarige loopbaan in de Buitenlandse Dienst heeft hij in diverse functies en op verschillende posten in de jaren 1930-1970 mede gestalte gegeven aan de Nederlandse buitenlandse politiek. Na een kortstondig ministerschap op Buitenlandse Zaken in het eerste naoorlogse kabinet Schermerhorn-Drees werd hij ambassadeur in Canada, de Verenigde Staten en Groot-Brittannië. Twee maal heeft hij een beslissende invloed gehad op de (inter)nationale geschiedenis. Hij vertegenwoordigde Nederland na de Tweede Politionele Actie in de Veiligheidsraad en leidde vervolgens de besprekingen met de Republiek Indonesië. Het mede naar hem genoemde Van Roijen-Roemakkoord van 7 mei 1949 vormde de doorbraak in het zo moeizame Indonesische dekolonisatieproces en was de opmaat naar de formele Indonesische onafhankelijkheid. Dertien jaar later beslechtte hij het Nieuw-Guineavraagstuk, waarbij hij zich keerde tegen het beleid van minister van Buitenlandse Zaken, Joseph Luns. Mede door zijn optreden als onderhandelaar in beide dekolonisatiekwesties, maar ook door zijn optreden als ambassadeur in de bilaterale betrekkingen met de landen waar hij geposteerd was, wordt Herman van Roijen wel beschouwd als een van de grote diplomaten die Nederland in de twintigste eeuw heeft gekend. De auteurs van deze biografie beschrijven, mede aan de hand van Van Roijens niet eerder gebruikte privéarchief, naast zijn activiteiten als diplomaat, ook uitvoerig zijn persoonlijk leven. Centraal in het boek staat de vraag waarom Van Roijen uitsteeg boven zijn Nederlandse vakgenoten en een sleutelrol kon vervullen in de vaderlandse en internationale geschiedenis. Over de auteur(s): Rimko van der Maar was voor deze biografie verbonden aan het Onderzoekinstituut voor Geschiedenis en Cultuur (Universiteit Utrecht). Hij is docent geschiedenis van de internationale betrekkingen bij het departement Geschiedenis van de Universiteit van Amsterdam. Eerder publiceerde hij het boek Welterusten mijnheer de president (2007) over de kritiek op het Amerikaanse optreden in Vietnam in de jaren zestig. Hans Meijer is werkzaam als universitair docent bij de opleiding Internationale Betrekkingen en Internationale Organisatie aan de Rijksuniversiteit Groningen. Hij heeft diverse publicaties over het (post)koloniale verleden op zijn naam staan, waaronder In Indië geworteld (Bert Bakker, 2004) en Indische rekening (2005).