Samenvatting
Rouw is het best te zien als een continuüm, lopend van licht tot ontwrichtend. Mensen met traumatische rouw ervaren langer dan een jaar na het verlies nog een kwellend verlangen naar of sterke emotionele pijn bij het denken aan hun dierbare. Vaak is het allesbepalend voor wat men denkt, doet en voelt. In de classificatiesystemen DSM-5-tr en ICD-11 zijn criteria voor de persisterende-rouwstoornis opgenomen. Verschillende doelgroepen Handboek traumatische rouw inventariseert de evidentie rond de diagnostiek en de behandeling van traumatische rouw. De verschillende vormen van traumatisch verlies met een verhoogd risico, zoals suïcide, moord en doodslag, en aanslagen worden besproken, en de doelgroepen met een verhoogd risico, zoals geüniformeerden, vluchtelingen, en achterblijvers van vermissing worden benoemd. Naast de neurobiologische aspecten van traumatische rouw worden eveneens de specifieke omstandigheden van jongeren en ouderen behandeld. Nieuwe inzichten Deze geheel herziene editie geeft een overzicht van de meest recente behandelingen, waaronder een nieuwe behandeling voor nabestaanden na de covid-19-epidemie, en na een dodelijk verkeersongeval. Nieuwe inzichten over de behandeling van vluchtelingen met verlieservaringen zijn uitgewerkt, waarbij cognitieve technieken gecombineerd worden met rituelen en non-verbale technieken. Tevens zijn aanvullende gevalideerde diagnostische instrumenten opgenomen, en is er aandacht voor vroeg-detectie en (online) preventieve interventies. ‘De heldere structuur, het werken met casuïstiek, de stevige wetenschappelijke onderbouwing maken dit werk een bijzonder geslaagd handboek voor behandelaars van mensen met persisterende-rouwstoornis.’ Gerty Lensvelt-Mulders, hoogleraar wetenschapstheorie en onderzoeksleer, directeur WODC