Fragment
Geld wordt gezien als “gestold vertrouwen”. Schuld wordt gedefinieerd als “negatieve vrijheid”. Tijdens de crisis zijn banken gered door overheden. De overheden hebben hierdoor veel extra schuld. Onze economie groeit momenteel doordat banken geld met schuld creëren; wat ze o.a. aan de overheid uitlenen. Voorgesteld wordt om dit systeem te veranderen.
De ECB zou het monopoly op het creëren van geld moeten krijgen. Op deze manier gaan de rentelasten voor overheden flink omlaag; bijvoorbeeld naar 0%.
De ECB kan het monopoly krijgen als zowel het lenen als het sparen van gelden via de ECB loopt.
Vervolgens wordt voorgesteld om bij lenen met gedifferentieerde tarieven te werken. Als je geld leent om bijv. zonnepanelen aan te schaffen, kun je lenen tegen een negatieve rente. Hierdoor wordt een milieuvriendelijke investering veel eerder rendabel, waardoor de energietransitie betaald kan worden.
Ook voor bedrijven die geld lenen om de productiecapaciteit te verhogen, geldt een negatief tarief. Welvaart kan alleen groeien als de productiecapaciteit groeit. Dit wordt zo gestimuleerd.
Voor consumptie geldt een hoog tarief. Op deze manier wordt gestimuleerd dat mensen zich niet, of niet te diep, in de schulden steken. Dit draagt bij aan een duurzame economie.
Ook voor sparen zouden gedifferentieerde tarieven kunnen gelden. Dit betekent dat burgers een waardevast pensioen zouden kunnen ontvangen.
Verder wordt voorgesteld dat de overheden alleen nog geld kunnen lenen bij de ECB. Men wordt dan dus niet afhankelijk van private banken, kopers van staatsleningen of het buitenland.
Te veel landen zijn speelbal geweest van de internationale kapitaalmarkten. Voorgesteld wordt dat valuta alleen nog via de centrale banken worden verhandeld. De onderlinge waardeverhoudingen van valuta worden niet meer op de vrije markt bepaald, maar in overleg tussen de centrale banken.
×