Samenvatting
Een blijmoedig, liefdevol en hoopgevend boek. Zoals de ziel van de mens verborgen is, zo is er ook een prachtig verhaal verborgen achter de letterlijke Bijbeltekst. Een verhaal waarin geen plaats is voor de starre beelden die de religie van de Bijbel en God heeft gemaakt en evenmin voor verstikkende dogmatiek. Dit boek neemt de lezer mee op een tocht door dit onbekende verhaal. Het onthult waar de mens vandaan komt, waarom hij hier is en waar hij naartoe gaat. Zo beschrijft het de nadering van een met heftige weeën gepaard gaande omwenteling, die zich overigens al lijkt aan te dienen. Tegelijkertijd neemt het echter de angst voor die omwenteling weg. Het vertelt verder over de door God gewenste vrije wil als voorwaarde voor de liefde, over de strijd tussen ratio en ziel en over de zin van het lijden. Het beschrijft de wezenlijke betekenis en positie van de vrouw en ontmantelt de doctrine van de ‘hel’. Tijd is een illusie, de dood bestaat niet en uiteindelijk keert alles, zonder enige uitzondering, terug naar het ‘Licht’, naar God.