Samenvatting
Vijftien jaar was Domitianus als keizer van Rome aan de macht (81-96). Na de onverwachte dood van zijn oudere broer Titus, die slechts twee jaar regeerde, was hij de logische troonopvolger. Domitianus zette op veel punten het beleid van zijn populaire vader Vespasianus (keizer tussen 69-79) en Titus (79-81) voort. Met succes: er heersten vrede, rust en stabiliteit op de meeste plaatsen in het Rijk. De handel en bedrijvigheid floreerden, ook al plukte niet iedereen daarvan de vruchten. Intussen onderging Rome tijdens Domitianus’ bewind een ware metamorfose: geen enkele keizer bouwde zoveel als Domitianus. Veel daarvan is nog steeds zichtbaar in het centrum van het huidige Rome. Toch is de opdrachtgever, Domitianus, voor de meeste mensen een onbekende. Direct na zijn dood werd deze keizer in de ban gedaan door de elite die hem intens haatte. Zelfs de herinnering aan hem moest zoveel mogelijk verdwijnen. Romeinse schrijvers schetsten direct na zijn dood een inktzwart portret van de man en zijn daden en dat bleef niet zonder gevolgen: Domitianus is als een van de slechtste keizers ooit de geschiedenisboeken ingaan. Mateloos, wispelturig wreed, een ware despoot die zelfs zover ging dat hij als ‘heer en god’ aangesproken moest worden. In dit boek ontrafelen de auteurs het hoe en waarom van Domitianus’ slechte reputatie. Waar ging het fout? Hoe is deze negatieve beeldvorming te verklaren voor een keizer die in beleid niet erg afweek van zijn voorgangers? Een keizer bovendien die op grote schaal ‘bouwde voor het volk’? En ook: hoe zag het leven er tijdens zijn heerschappij uit, in Rome en elders in het Rijk?