Samenvatting
Het zogeheten 'lege gemoed' is een kernbegrip in het werk van de middeleeuwse mysticus Meister Eckhart. De filosoof Gerard Visser onderzoekt het mystieke concept van het lege gemoed en plaatst het tegen de achtergrond van Aristoteles' doordenking van het affectieve. De geschiedenis van de verhouding tussen denken en voelen, rationaliteit en affectiviteit in de Europese wijsbegeerte moet nog worden geschreven. Dit boek verheldert een kleine, maar verstrekkende gebeurtenis in deze geschiedenis: de vertaling door Meister Eckhart van de Latijnse begrippen mens of animus met gemüete, en zijn vereenzelviging van het vonkje intellectus purus bij de mens met een ledic gemüete - een leeg gemoed. De middeleeuwse magister houdt het teleologische denken van Aristoteles enerzijds in ere, maar doorbreekt het anderzijds op een wijze die radicale consequenties heeft. Gelatenheid is meer dan een onderzoek naar het wezen van het affectieve: het boek biedt tevens een wijsgerige inleiding in Eckharts denken. 'Dankzij deze kritiek op de instrumentele rede is het denken van de middeleeuwse Meester vandaag de dag springlevend. Het is Vissers grootste verdienste dat hij de lezer doordringt van deze tijdloze urgentie van Eckharts werk.' (Michel Dijkstra in Filosofisch Magazine) Gerard Visser was tot 2015 hoofddocent cultuurfilosofie aan de Universiteit Leiden. Gelatenheid. Gemoed en hart bij Meister Eckhart is het eerste deel van een trilogie. Gelijktijdig met deze heruitgave verscheen het tweede deel, Gelatenheid in de kunst. Nijhoff, Braque, Kawabata.