Samenvatting
In deze tijd van secularisering is het begrijpelijk dat men de filosofie van de religie vaak wil beperken tot een kritiek van de religie en tot de kritische bespreking van de bekende godsbewijzen. Dit handboek kiest voor een andere aanpak. De filosofie van de religie is geen monolithische discipline. Filosofie van de religie is soms een binnen-religieuze aangelegenheid waarin de filosofie wordt ingezet als een hulpwetenschap voor de theologie, soms gaat het om een zuiver rationele aangelegenheid, soms domineert een naturalistische blik en soms poogt men vooral de betekenis van het religieuze te verhelderen. Al deze modellen van filosofie van de religie komen hier aan bod en worden in hun historische ontwikkeling besproken. Daarom vertrekt dit handboek niet van de ‘gedachte God’ van metafysici en wetenschappers ('des philosophes et des savants', Pascal), maar veeleer van de geleefde religie (la religion vécue, lived religion) om na te gaan hoe het religieuze in de praktijk functioneert en wat de betekenis ervan is. ‘Wat betekent het religieus te zijn?’ is een belangrijker vraag dan ‘Is religie waar?’