Samenvatting
Op een dag doen twee jonge mannen in het concentratiekamp van Buchenwald elkaar een plechtige belofte: ‘Als gij het niet haalt en ik wel, dan zorg ik voor uw gezin.’ De eerste heet Gustaaf, is houtgraveerder, zondagsmuzikant en partizaan. De tweede is spoorman Raymond, opgepakt door de nazi’s als gijzelaar na een aanslag op een VNV’er in zijn dorp. En dan is er nog Raymonds vrouw Rosa. Na zijn arrestatie blijft ze overeind in een dorp dat haar de rug toekeert, zonder inkomen en met de zorg voor Marcel, hun zoon. Sommige verhalen moeten opgeschreven worden. 'Ge wint geen oorlog zonder verzet' is zo’n verhaal. De auteur is de dochter van Marcel, de kleindochter van Rosa en Raymond en ... de stiefkleindochter van Gustaaf. In dit knap opgebouwde boek laat ze de kleine oorlogen van de vier door elkaar vloeien. Over Breendonk, Buchenwald en Dora. Maar ook over het dagdagelijkse leven in een dorp onder de Duitse bezetter. En over de liefde. ‘Gustaaf was het verleerd over de kampen te spreken’, schrijft Rita Vrancken in haar epiloog. ‘Ze geloofden hem toch niet.’ Met deze thriller geeft ze hem alsnog een stem. Met een voorwoord van Marc Van Ranst