Samenvatting
Wat de Rolling Stones voor de blues deden in Engeland, deden Cuby and the Blizzards in Nederland: de van oorsprong zwarte muziek populair maken. Beide bands ontstonden in 1962. Harry Muskee en Eelco Gelling waren de kern van de groep uit Drenthe die heel het land op zijn kop ging zetten. Hun eerste LP Desolation kreeg in 1968 een Edison. Hij werd gevolgd door legendarische platen als Groeten uit Grollo en Appleknockers Flophouse. De bezetting van de band wisselde nogal eens, met fenomenen als Hans Waterman, Hans La Faille, Herman Deinum, Helmig van der Vegt en Herman Brood. C + B gaf in 1974 een afscheidsconcert. Harry Muskee ging door met andere bands. In 1995 kreeg Muskees oude vriend Johan Derksen het idee om Cuby and the Blizzards nieuw leven in te blazen. Toen kwam er een nieuwe stergitarist bij: Erwin Java. Het werd weer een fascinerende tijd, vol ups en downs. In juni 2011 ging het C + B Museum open, in de voormalige boerderij van Harry Muskee in Grolloo. Het was vlak voor zijn 70-ste verjaardag. Op 26 september 2011 overleed Harry. In 2003 verscheen zijn biografie De Missie. Het boek werd bekroond in 2006. In 2008 kwam er een aangevulde heruitgave. Tien jaar na Harry's dood besloot Jeroen Wielaert om de biografie af te ronden door het boek aan te vullen met alles wat er sinds 2008 rondom Harry Muskee gebeurd is.. Het werd Final Blues. Final Blues beschrijft het erfgoed van Harry en de band. Die legacy blijft springlevend. Dat bleek ook uit de rondgang langs voormalige bandleden, vrienden en nabestaanden van Harry Muskee waaronder Daniƫl Lohues, Willy Middel, Hans La Faille, Herman Deinum, Helmig van der Vegt, Erwin Java, Eelco Gelling, Johan Derksen en Douwien Oosterhof-Muskee. Alles bij elkaar geeft dat dieper inzicht in zijn en hun leven en werken. Het boek is daarmee uitgegroeid tot popgeschiedenis tegen de achtergrond van veel grote maatschappelijke ontwikkelingen. Huub 'Huby' van der Lubbe: 'Hij had dat underdoggevoel en daarom ook een hart voor andere underdogs.' Kaz Lux: 'Een charismatische figuur.' Ralph de Jongh: 'Hij noemde zich 'my angry uncle'. Ben Jolink (Normaal): ' Hij was toch niet altijd somber en in wezen een goed en vriendelijk mens.' Tineke Schoemaker (Barrelhouse): 'Cuby was de held, by far de grootste.'