Samenvatting
Mensen en dieren zijn lotgenoten. De mens is nauw verwant met alles wat leeft, maar beseft dat nauwelijks. De gedachte dat wij het middelpunt zijn van het bestaan, en dat de waarde van al het andere – de levende en niet-levende natuur – afhangt van mate waarin dit nuttig voor ons is, staat die notie in de weg. De bijdragen in dit boek onderstrepen de noodzaak van omdenken’. Het komt erop aan onze obsessie met het puur menselijk bestaan en bewustzijn te doorbreken. Albert Schweitzer formuleerde het zo: ‘ik ben leven dat leven wil, te midden van leven dat leven wil’. Hij was de vroege voorloper van een sensibiliteit die zich in onze tijd bij veel mensen laat zien. Hoe krijgt die vorm in de kunst en literatuur, en in religie en de filosofie? Met bijdragen van: Hans Achterhuis, Hans Alma, Rick Benjamins, Frank G. Bosman, Sigrid Coenradie, Barbara Fraipont, Johan Goud, Marc De Kesel, Eva Meijer, Charlotte Mutsaers, Oane Reitsma, Angela Roothaan, Eva van Urk.