Samenvatting
In 1976 schopte Anja Meulenbelt De schaamte voorbij de wereld in, een autobiografisch verhaal over liefde, seks en de beginjaren van de Amsterdamse vrouwenbeweging. Het boek werd in elf talen vertaald, ging meer dan een half miljoen keer over de toonbank en joeg een schokgolf door Vlaanderen en Nederland. Minder geweten is dat Meulenbelt in datzelfde jaar ook Feminisme en socialisme publiceerde, een pamflet waarin ze uitlegt dat het feminisme socialistisch zal zijn of niet zal zijn. En omgekeerd. In Feminisme. Terug van nooit weggeweest doet Meulenbelt die oefening nog eens over. Met verbazing stelt ze vast dat een groot deel van de feministische bewustwording van toen vervlogen is. Meulenbelt sloopt de heilige huisjes. Gaat feminisme écht over de gelijkheid tussen man en vrouw? Moeten feministen blij zijn met vrouwelijke politici en bedrijfsleiders die zich als cheerleaders van het neoliberalisme gedragen? 'Voor feministen', schrijft ze, 'is dé hamvraag niet langer alleen: wat is goed voor vrouwen? We moeten ons ook afvragen in wat voor wereld we willen leven.'