Samenvatting
In dit boek beschrijft Fokke Slootstra zijn innerlijke reis van meer dan dertig jaar naar het geheim van het leven. Daarvoor volgde hij vele spirituele stromingen en moest er, met pijn in zijn hart evenzovele ook weer loslaten.
In dit boek worden een aantal spirituele stromingen en een vorm van psychotherapie besproken die hem erg veel gegeven hebben, maar waar ook duidelijk schaduwkanten aan zaten. Na vele strubbelingen en tientallen keren tegen de muur geknald te zijn ging het langzaam dagen! Hij moest vele malen door de poort van niet doen wandelen, voordat er uiteindelijk ontspanning en een ontwaken plaatsvond.
Door er diverse keren uit te stappen was hij in staat er kritischer naar te kijken. Zo kreeg hij op een gegeven moment door, dat elk pad, elke spirituele stroming ook maar een kijk is, een perspectief hoe je naar jezelf en de wereld kijkt. Dit perspectief is nooit de waarheid, het is als een vinger die naar de maan wijst.
Fokke Slootstra hoopt, dat dit boek een inspiratiebron mag zijn, als een vinger die naar de maan wijst. De enige manier die werkt is zelf stappen te zetten, zelf te ervaren. Want het mooie is dat het geheim van het leven niet gekend of begrepen kan worden maar wel ervaren kan worden.