Samenvatting
Na de Tweede Wereldoorlog proberen overlevende Joden hun geroofde eigendommen terug te krijgen. Hoewel het naoorlogse rechtsherstel in Nederland in strikt juridische zin begin jaren zestig afgesloten is, komen er eind jaren negentig alsnog openingen die leiden tot correcties en aanvullingen. In de nieuwe akkoorden is er sprake van spijtbetuigingen, restitutie en compensatie. In totaal ontvangt de Joodse gemeenschap 764 miljoen gulden van de Nederlandse regering en de financiƫle wereld. Wereldwijd gelden de Nederlandse akkoorden als een groot voorbeeld om onrechtvaardigheden in naoorlogs rechtsherstel te erkennen en te herstellen. De auteur analyseert welke factoren de totstandkoming hebben bevorderd of belemmerd, en welke bepalend zijn geweest. Waarom verloopt het overleg van Joodse vertegenwoordigers met de verzekeraars en met minister Zalm harmonieus, terwijl het met de banken en beurs moeizaam gaat? En hoe wijkt Nederland af van die Europese landen waar eind jaren negentig ook restitutieprocessen plaatsvinden?