Samenvatting
Begin jaren 80 leggen gynaecoloog Paul Devroey en kinderarts, klinisch bioloog en onderzoeker André Van Steirteghem aan de Vrije Universiteit Brussel (VUB) de fundamenten van het inmiddels wereldvermaarde Brussels IVF. Gaandeweg verfijnen ze met hun team de technieken voor in-vitrofertilisatie en ontdekken de methode van intracytoplasmatische sperma-injectie (icsi) waarbij één zaadcel in een eicel wordt gebracht. Wat dan nog een toevalstreffer is, blijkt uiteindelijk een uitweg voor mannelijke vruchtbaarheidsproblemen. De eerste icsi-baby, die op 14 januari 1992 in Brussel het levenslicht ziet, is een wereldprimeur. Inmiddels zijn in Brussels IVF 46.000 kinderen geboren na fertiliteitsbehandelingen. Wereldwijd werden intussen minstens zeven miljoen icsi-kinderen geboren. Dit boek vertelt de geschiedenis van het grensverleggende werk van Devroey en Van Steirteghem en hun multidisciplinaire team van de jaren 80 tot op heden. Al snel wordt duidelijk hoe het fertiliteitscentrum van bij de aanvang wordt gedragen door de open geest, het vertrouwen en de medewerking van een toen nog jonge VUB. Mede hierdoor kon het uitgroeien tot een internationaal referentiecentrum.