Samenvatting
Drie landen staan centraal in het leven van Barney Agerbeek: Indonesië, waar hij is geboren, Nederland, waar hij woont, en Polen, waar hij zijn vrouw heeft leren kennen. Hij verbaast zich over de soms verrassende overeenkomsten tussen deze landen, en wordt getroffen door het andere en hoe dat verandert. Wat hij ontdekt en bepalend vindt, vormt - naast de passie voor kunst en literatuur - de inspiratie voor zijn geëngageerde gedichten in uiteenlopende genres. Belevenissen uit Oost-Europa en het Verre Oosten waaien tijdloos en grenzeloos aan, elk met een eigen karakter, warmte en beweging. Barney Agerbeek (Surabaya, 1948) schreef monografieën over Floris Meydam en Nelson Carrilho. Hij leverde bijdragen aan verschillende literaire tijdschriften en verzamelbundels als Avier, Als een zwerfkei, Ode aan Oote en In een kring van menselijke warmte. In 2013 debuteerde hij bij Uitgeverij In de Knipscheer met de verhalenbundel Schaduw van Schijn, in 2014 gevolgd door de roman Njai Inem en in 2015 de dichtbundel rood en wit met blauw. Over 'Rood en wit met blauw' schreef Duco van Weerlee: 'Ik heb nog niet eerder met zoveel compassie over erotische verhoudingen in tijden van slavernij gelezen. In al zijn publicaties tref ik dezelfde intelligente verdraagzaamheid aan, zijn specialiteit.' En Albert Hagenaars op De Schaal van Digther: 'Een voorbeeld bij uitstek van wat culturele vermenging én verrijking vermag."