Samenvatting
Lennard Zomers, eerstejaarsstudent psychologie in Utrecht, verlangt naar het schrijverschap en naar vriendschap. Als hij kennis maakt met de excentrieke Arthur Visser lijken beide verlangens te worden vervuld. De fanatieke atheïst Arthur betrekt Lennard bij een bijzonder project: het bestrijden van alles wat Arthur in zijn jeugd heeft meegekregen van zijn vader, een strenggereformeerde dominee. Het brengt Lennard in contact met de voor hem onbekende wereld van het orthodoxe christendom; een wereld van tradities en religieuze ervaring. Een intelligente en spannende roman over de strijd tussen botsende levensovertuigingen, tussen geloof en ongeloof, tussen een zoon en zijn vader.