Samenvatting
Alec, een perstekenaar met een indrukwekkende staat van dienst, vestigt zich op een afgelegen eiland in de Atlantische Oceaan. Met zijn buurvrouw, een schrijfster die jaren geleden een cultboek schreef en zich vervolgens uit het publieke leven terugtrok, heeft hij amper contact. Tot een gigantische stroompanne elke communicatie met de rest van de wereld onmogelijk maakt, en ze op elkaar aangewezen zijn. De wereld blijkt op de rand van een kernoorlog te staan, en die zal niet aan het eiland voorbijgaan. De schipbreuk der beschavingen lijkt een feit. Wie gaat de wereld redden? ‘In deze roman heb ik een situatie verzonnen waarin de schipbreuk zich daadwerkelijk voordoet. Je ziet de wereld tot stilstand komen. De mensen vragen zich af wat er van hun wereld overblijft. Dat resoneert met de tijd waarin we nu zitten. We zijn op het moment beland dat we ons moeten afvragen wat voor wereld we willen. De wetenschap en de techniek hebben grote hoogten bereikt, maar er is geen wereldorde meer die die naam waardig is. De wereld kan niet meer functioneren met landen die politiek bedrijven vanuit identiteitsdenken; dat leidt tot de ondergang. We hebben al onze verbeeldingskracht nodig om ons voor te stellen hoe de wereld eruit moet gaan zien, hoe hij geleid moet worden. We móéten onze manier van met elkaar omgaan veranderen, anders gaan we ten onder.’ – Amin Maalouf in NRC-Handelsblad