Fragment
Het mannetje met de bolle buik
In de kroeg stond het mannetje,
met zijn bolle buik.
Hij stond daar in zijn eentje,
misschien droeg hij een pruik.
Hij praatte tegen alleman,
daar kon hij wel wat van.
Hij schonk zijn glazen vol
en had enorm veel lol.
Daar kwam een vrouw de kroeg binnen.
Een vrouw met een bolle buik.
Ons meneertje maakte meteen een diepe duik.
“Dag mevrouwtje, hoe gaat het met u?
Zin in een jus d’orange of een beetje jus?”
Het vrouwtje lachte en ze klapte,
maar toch schudde ze van nee.
“Ik kom hier niks drinken meneer,
ik hoef alleen maar naar de wc.”
“Ach jee,” zei het mannetje.
“Zal ik u dan maar vergezellen?
Ik heb namelijk hele mooie verhaaltjes
om u zomaar te vertellen.”
“Ik kan heus wel alleen naar de wc.
Maar van uw verhalen krijg ik graag wat mee.
Wacht even, ik ben zo terug.”
Het mannetje bestelde twee bieren.
Hij wilde zijn overwinning al bijna vieren.
Maar het vrouwtje kwam niet meer terug.
Ze was kennelijk geslagen, op de vlucht.
×