Fragment
Mensen hebben onbegrensde behoeften en beperkte middelen om deze behoeften te bevredigen.
Er zijn nooit voldoende middelen om in alle behoeften te voorzien, we moeten voortdurend keuzes maken.
We moeten kiezen welke goederen we zullen aanschaffen met het beschikbare budget.
In economische zin is er dus sprake van schaarste. Middelen die je aanwendt om een bepaalde behoefte te bevredigen, kan je niet meer gebruiken om in andere behoeften te voorzien. Als je kiest voor iets, offer je dus iets anders op.
Welvaart is de mate van behoeftebevrediging voor zover deze afhankelijk is van het omgaan met schaarse middelen. Er is welvaart in enge zin (materieel) en welvaart in ruime zin (materieel en niet-materieel).
Een voorbeeld van een economisch keuzeprobleem is de keuze tussen meer werken of meer vrije tijd.
Elke keuze die je maakt, gaat gepaard met opofferingskosten.
▪ Als je kiest voor meer werken, heb je minder vrije tijd en offer je de waarde die je hecht aan vrije tijd op.
▪ Als je kiest voor meer vrije tijd kun je minder werken en offer je de waarde die je hecht aan werken op.
Bij een goede keuze zijn de opofferingskosten (de opbrengsten van het alternatief waar je niet voor kiest) altijd lager dan de opbrengsten van het alternatief waar je wel voor kiest.
Hoe de keuze tussen inkomen en vrije tijd uiteindelijk uitvalt, heeft vooral te maken met de voorkeuren van mensen, maar bijvoorbeeld ook met de mogelijkheden om in deeltijd te werken.
×