Samenvatting
'13 detective-verhalen in één verzamelbox!' In Italië is hij al sinds 1986 een cult-figuur. Hele volksstammen verslinden al jaren iedere maand zijn nieuwste aflevering. Zelfs Umberto Eco zei ooit dat hij hem dagenlang aaneen kon lezen zonder zich te vervelen - net als trouwens wat erudietere kost als de Bijbel en Homerus. Dylan Dog is ook de strip die ter inspiratie diende voor Mike Mignolas Hellboy. Deze Londense ex-politieman van Scotland Yard is voor zichzelf begonnen als privé-detective, gespecialiseerd in nachtmerries en bovennatuurlijke verschijnselen. Die komen een stuk vaker voor dan je denkt en Dylan Dog raakt, liefst met gevaar voor eigen leven, in de meest bizarre zaken verstrikt. Geesten, tot leven gekomen hersenspinsels uit de duistere krochten van de ziel, of gewoon zomaar een huis-tuin-en-keuken-weerwolf, hij komt ze allemaal tegen. Inclusief zichzelf. Het jammere is alleen dat zijn klanten nooit geld hebben. Dylan Dog is dus eeuwig blut, hoe geweldig hij zich ook weert. De cliënten (en ware liefdes) wisselen per aflevering, maar zijn assistent Groucho is een vaste kracht die zijn flauwe moppen liefst op een onhandig moment vertelt. En zodra er een merkwaardige politiezaak speelt waar Dylans hulp bij wordt ingeroepen, komt hij over het algemeen ook zijn oude baas en vriend bij Scotland Yard tegen: Inspecteur Bloch. Die loopt al sinds de eerste aflevering uit 1986 tegen zijn pensioen, heeft sinds 1952 niet meer gelachen en wordt desondanks nog steeds misselijk op de plaats delict. De verhalen van Dylan Dog zijn wat je verwacht van een nachtmerrie: dromerig, gruwelijk, romantisch, afstotelijk, mijmerend, bruut, filosofisch...