Samenvatting
Enige jaren geleden overleed de vrouw van Pieter Boskma aan de gevolgen van borstkanker. Die tragedie leidde tot deze verpletterende dichtbundel die zich laat lezen als een ‘rouwdagboek in verzen’. In Doodsbloei bouwt Boskma een teder monument voor de grote, blijvende liefde, met glasheldere en hallucinerende gedichten, een spannende reis naar het dodenrijk en gesprekken met de Dood zelf. Ondank het verdriet waarvan de gedichten verhalen, is de toon bepaald niet altijd somber. Wie Doodsbloei leest, ervaart dat rouw ook euforische, geestige en soms zelfs erotische kanten heeft. Als het over de dood gaat, blijkt het vaak over de liefde te gaan. ‘Vlieg dus maar rond en wees het lied
dat wij elkaar nog altijd kunnen geven,
allebei de tekst en allebei de melodie.’