Samenvatting
Diversiteit – het lijkt een nieuw toverwoord. Eurocommissaris (en PvdA-coryfee) Frans Timmermans verklaarde op Junckeriaanse wijze dat men ‘divers zal zijn’ of ‘niet zal zijn’. Als alternatief noemde hij ‘oorlog’. Het zijn apocalyptische woorden. Wat betekenen ze en is er überhaupt een onomstreden definitie van diversiteit? Waar komt dit diversiteits-denken plots vandaan? Is het nuttig? Over welke soort diversiteit gaat het? Elke soort? Dat kan nauwelijks de bedoeling zijn – een samenleving met moordenaars, kinderverkrachters, racisten en nazi’s zal niemand voor ogen hebben, hoe ‘divers’ ook… Betekent ‘diversiteit’ dat achtergestelden nu een stem krijgen? Als dat zo is, wie zijn dat dan? Tegenwoordig worden ‘mensen van kleur’ afgezet tegen ‘witten’. Diversiteit is vaak een strijdkreet om institutioneel racisme aan te kaarten. Maar speelt diversiteit aan ideeën ook een rol? Wil diversiteit óók zeggen dat mensen meer ruimte verdienen om uit te komen voor hun rechts-realistische opvattingen binnen het publiek debat, het maatschappelijk middenveld en de instituties? In 'Diversiteit, identiteit en de ‘culture wars’' brengt een groep wetenschappers, intellectuelen en politieke analisten orde en structuur aan in de verwarrende hoeveelheid meningen over dit onderwerp. Daarbij besteden we niet alleen aandacht aan diversiteit in de samenleving, maar ook aan diversiteit in de instellingen. Is bijvoorbeeld de universiteit te blank? Of te links? Paul Cliteur | Wim Couwenberg | Afshin Ellian | Theo Francken & David Dessin | Bas Hengstmengel & Esther van Fenema | Jesper Jansen | Coen de Jong | Sid Lukkassen | Perry Pierik | Pamela Pinas | Darya Safai | Renzo Verwer