Samenvatting
Die Zauberflöte van W.A. Mozart behoort tot de meest geliefde opera’s die ooit zijn gecomponeerd. Het werk is 1791 in Wenen in première gegaan en keert tot op de dag van vandaag wereldwijd regelmatig terug op de programma’s van de bekende operahuizen. De muziek is een aaneenschakeling van gevarieerde melodieën die de toehoorder direct weten te raken. Maar zo toegankelijk en meeslepend als de muziek is, zo ontoegankelijk zijn de gebruikte teksten. Dit komt doordat zowel het verhaal als de daarin optredende personages in hun letterlijke zin weinig betekenis hebben. Worden zij letterlijk genomen dan is het werk niet meer dan een onbegrijpelijke opeenvolging van onsamenhangende gebeurtenissen, die ten tonele worden gevoerd door al even onbegrijpelijke figuren. Maar zodra Die Zauberflöte als een allegorie wordt gezien op het proces van zelfverwezenlijking van de mens, ontrolt zich een logisch en samenhangend verhaal dat ook in onze tijd nog van grote betekenis is. In dit boek worden de in Die Zauberflöte gebruikte symbolieken stap voor stap helder beschreven en verklaard. Voorkennis over Die Zauberflöte is niet vereist om het verhaal te kunnen volgen.