Samenvatting
Jarenlang zoog de gevierde hoogleraar Herman Oosterveen onderzoeksgegevens uit zijn duim. Als hij wordt ontmaskerd vlucht hij naar de Peel, daar groeide hij op als zoon van een voormalige turfsteker. Als kind was opa zijn grote held, met hem beleefde hij spannende avonturen. Op school was hij veruit de beste leerling maar de frater-hoofdonderwijzer vond dat hij ‘te weinig beschaving’ had voor het gym.
In een impuls koopt Herman het huisje waar ooit zijn opa woonde. Hier wil hij antwoord vinden op de vraag hoe het zo ver heeft kunnen komen. Waarom hij zonder enig schuldgevoel het ene na de andere op verzonnen data gebaseerde artikel publiceerde in toonaangevende journals? Was het zijn niet te stuiten bewijsdrang? Of zijn gebrekkige sociale antenne waardoor hij blind was voor de schade die hij bij anderen aanrichtte? Zoals bij Janneke, zijn promovenda, die dacht voorgoed ver-lost te zijn van een traumatische gebeurtenis in haar jeugd.