Samenvatting
Het is 1852, en in Londen gaan twee jonge vrouwen aan boord van een schip dat hen naar het verre Nieuw-Zeeland en een betere toekomst moet brengen. De adellijke Gwyneira is een huwelijk met de zoon van een rijke landeigenaar beloofd, en ze hoopt met haar reis naar de andere kant van de wereld ook haar benauwende leven in Engeland te ontvluchten.
De jonge gouvernante Helen heeft zich per brief verloofd met een Nieuw-Zeelandse boer op zoek naar een Engelse bruid. Nu is ze op weg naar een man die ze nooit heeft gezien of gesproken, om met hem haar leven te delen.
Gwyneira en Helen gaan op zoek naar geluk in een land dat beschreven wordt als een paradijs, maar vinden een nieuwe samenleving die allesbehalve perfect is. In een wereld die snel vijandiger wordt, kunnen ze alleen op elkaar vertrouwen.
Het land van belofte is een meeslepende roman over liefde en haat, vrienden en vijanden, en de lotgevallen van twee families die onverbrekelijk met elkaar verbonden raken.