Samenvatting
De vrouw van de shogun is de prequel van Downers bestseller De laatste concubine en vormt samen met haar andere twee boeken het Shogun-kwartet. Japan, 1853. Als dochter van de Satsuma-clan heeft de mooie, koppige Okatsu geleerd om paard te rijden, het zwaard te hanteren en nergens bang voor te zijn. Maar als ze zeventien is gebeurt er iets wat haar lot voorgoed zal bepalen: voor de kust van Japan verschijnen vier westerse oorlogsschepen die eisen dat het voor de buitenwereld afgesloten, protectionistische Japan zijn grenzen openstelt voor internationale handel. Zonder dat ze daar zelf iets over te zeggen heeft, wordt Okatsu door de krijgsheer van haar clan uitverkoren voor een speciale missie. Ze reist als prinses Atsu naar de hoofdstad Edo, waar ze wordt geïntroduceerd aan het hof van de shogun. Ze zal aan hem uitgehuwelijkt worden en moet hem er vervolgens van zien te overtuigen het diep verdeelde land te verenigen tegen de westerse invasie. Maar binnen de muren van het vrouwenpaleis, waar een hofhouding van drieduizend vrouwen in een gouden kooi leeft, gonst het van de intriges. En op de dag van haar huwelijk wacht Atsu een zeer onaangename verrassing.