Samenvatting
Prinses Lieke fronste haar voorhoofd en dacht intussen aan een oplossing. ‘Toen zei Fai plotseling: ‘Ik heb een droom! Een mooie droom.’ ‘Vertel, vertel,’ zei prinses Lieke vlug. ‘Ik droom elke dag dat ik lerares wordt. Ik wil arme mensen in de toekomst leren lezen en schrijven.’ Fai keek, met ogen als donkere waterpoelen, de prinses aan. Voor het eerst zag prinses Lieke een droevige blik in de ogen van het eeuwig lachende gezichtje van Fai. Zij wilde met haar grote hart al haar broertjes en zusjes helpen. Ook de arme kindjes, weesjes en niet gewilde kinderen. Ook kindjes die met hun oma’s in krotten woonden. Manop en Taak, de pleegouders, en vrijwilligers konden deze immense taak niet alleen tot een goed einde brengen. Zij hadden echt hulp nodig! Vandaar deze verhalentrommel.