Fragment
Uit introductie:
Het is wat uit de hand gelopen. Ooit als enkele pagina’s bedoeld om mijn cliënten uit te leggen wat mijn aanpak is bij (de preventie van) chronische overspanning, groeide deze tekst tot de omvang van een heus artikel en uiteindelijk werd het een boek. En dan te bedenken dat ‘begrenzen’ een centraal thema is bij het tegengaan van stress.
Het thema ‘overspanning’ raakt mij niet alleen persoonlijk - het is ook mij overkomen zoals u later zult lezen - maar het heeft tevens, en ongetwijfeld daarom, mijn professionele belangstelling. In mijn praktijk voor coaching en psychotherapie begeleid ik regelmatig mensen die overspannen zijn geraakt en hun werk tijdelijk hebben moeten neerleggen. Niet zelden is dit voor iemand een heel nare en ingrijpende ervaring, die gepaard gaat met lichamelijke klachten en psychische pijn.
Hoewel de levens en problemen van mensen uniek zijn, is het mogelijk de specifieke psychische krachten te onderkennen die aan chronische overspanning ten grondslag liggen. Het doorzien en veranderen van die psychodynamiek is essentieel, zeker indien cognitief inzicht in eigen functioneren onvoldoende blijkt om eigen gedrag te kunnen veranderen na een burn-out. Soms zijn er namelijk onbewuste krachten in een mens werkzaam die emotionele instabiliteit blijven veroorzaken. Door de verandering van die psychodynamiek is het mogelijk om een nieuw, duurzaam evenwicht in iemands persoonlijkheid te verwezenlijken, waardoor hij in staat zal zijn om gezonde keuzes te maken in werk- en privésituatie. Daarmee is iedere vorm van stress natuurlijk niet uitgebannen, maar het leven kan dan in ieder geval wel zonder overspanning worden geleefd.
Uit hoofdstuk over angst en verdriet:
Tussen angst en verdriet bestaat met andere woorden een innerlijk bondgenootschap, met het verdriet als slachtoffer en de angst als redder. De angst draagt zorg voor het verdriet (en streeft dus eigenlijk naar geluk). Zoals ‘faalangst’ het verdriet wil voorkomen om in de ogen van een ander tekort te schieten en afgewezen te worden. Of zoals ‘verlatingsangst’ er is om het verdriet om alleen te zijn tegen te gaan. Of zoals ‘smetvrees’ bestaat om iemand te besparen dat hij het verdriet moet dragen om ziek te zijn of dood te
gaan. Als mensen hebben we dus onze angst nodig om verdriet te voorkomen, terwijl de angst zelf ons paradoxaal genoeg niet gelukkig maakt.
×