Samenvatting
Dit werk is een onderzoek naar de door het Tweede Vaticaans Concilie ingeluide liturgische hervorming in Nederland. Mede op grond van bijdragen van liturgische aard van o.a. Nederlandse en Vlaamse liturgisten en theologen, zijn de acceptatie en de ontwikkelingen in de postconciliaire liturgische hervorming onderzocht, vooral met het oog op de viering van de eucharistie. Ruim een halve eeuw na Sacrosanctum Concilium kan een soort balans worden opgemaakt: aan de ene kant de verworvenheden waaronder vooral de actieve deelname van de gelovigen, en aan de andere kant de zwakke punten waaronder de overdreven vereenvoudiging en de tomeloze creativiteit die de sacraliteit van de liturgie enigszins hebben aangetast. Dit heeft onvermijdelijk het leven van de Nederlandse gelovigen beïnvloed en dient ook als basisgegeven voor de vooruitzichten voor de toekomst, waarbij de verhouding tussen liturgische vernieuwing en nieuwe evangelisatie de echte uitdaging vormt.