Samenvatting
In dit proefschrift wordt de positie van aandeelhouders bij preventieve herstructureringen onder de loep genomen, in het bijzonder onder de Wet homologatie onderhands akkoord (WHOA). De lezer krijgt dankzij deze titel inzicht in het spanningsveld tussen het vennootschapsrecht en het herstructureringsrecht. Europees, Engels en Duits recht komt daarbij tevens uitgebreid aan bod. Het proefschrift De positie van aandeelhouders bij preventieve herstructureringen onderzoekt de Wet homologatie onderhands akkoord (WHOA) vanuit een vennootschapsrechtelijk perspectief, waarbij actuele discussiepunten niet onbelicht blijven. Nederland heeft op dit moment geen preventieve herstructureringsprocedure waarbij zowel aandeelhouders als schuldeisers aan een akkoord kunnen worden gebonden dat de insolventie van de vennootschap tracht te voorkomen. De titel sluit aan op tal van recente ontwikkelingen in politiek en maatschappij, niet in het minst vanwege de coronacrisis en het feit dat de WHOA ten tijde van verschijning van deze titel bij de Tweede Kamer ligt. Ook is de richtlijn herstructurering en insolventie (EU 2019/1023) recent in werking getreden. De auteur bepleit waarom een uitsluitend insolventierechtelijke kijk op de positie van aandeelhouders niet volstaat. Hoewel dit perspectief nog altijd overheerst, geldt dat de vennootschap bij een preventieve herstructurering niet ontbonden is. De algemene vergadering en de aandeelhouders behouden hun bevoegdheden en rechten. Het onderzoek belicht deze frictie tussen het vennootschapsrecht en het #herstructureringsrecht#. Hoofdstuk 4 en 5 vormen een essentieel onderdeel van de uitgave. Hierin vindt u een gedetailleerde rechtsvergelijking met het Engelse en Duitse recht. Beide landen kennen een preventieve herstructureringsprocedure waarin aandeelhouders worden betrokken. De auteur gaat uitvoerig in op de vennootschapsrechtelijke problemen die daar spelen en de verhouding tot het Nederlandse recht. Ook het Europese kader voor preventieve herstructureringen krijgt een centrale plek in dit onderzoek. Het onderzoek dat in deze uitgave wordt beschreven zal niet alleen de academische lezer aanspreken, maar ook de rechter, wetgever, insolventierechtjurist of ondernemingsrechtjurist krijgt legio handvatten omtrent het spanningsveld tussen het vennootschapsrecht en het herstructureringsrecht.