Samenvatting
Minnie Tikker is acht en bijt met haar scheve voortanden autologo's in een appel. Wat haar knappe, geestige vader ziet in haar kille moeder is haar een raadsel. Wanneer hij sterft, resten haar vooral vragen en op haar zestiende ontvlucht ze het doodgebloede gezin. Haar moeder, voorheen een wild kind, nu een stijve mevrouw, slijt haar dagen wachtend. Op haar sterfbed komen huiveringwekkende herinneringen naar boven aan de nonnen in het klooster waar ze werd opgesloten tijdens de oorlog. Een oorlog die haar bestaan veranderde in een hel met maar één vraag: mag je een mens doden om te overleven? Een adembenemend verhaal over een gruwelijke oorlog en een gruwelijke moeder. Stilistisch verbluffend en met een warm, beweeglijk hart.