Samenvatting
Over het vensterglas uit de periode 1850- 1930 is zeer weinig bekend. Door onderzoek te doen naar een in die tijd zeer bekende fabriek heeft Laura Roscam Abbing kennis bijeengebracht over het vlakglas en de vlakglasindustrie in die periode. De Koninklijke Nederlandsche Glasfabriek J.J.B.J. Bouvy (1854-1926) in Dordrecht was een goedlopend familiebedrijf met internationaal aanzien, een brede klantenkring, een breed assortiment met alle mogelijke soorten vensterglas (functioneel en decoratief), een glasatelier, kantoren in onder meer Amsterdam, Rotterdam en Utrecht en agentschappen verspreid over Nederland. Zo beroemd als de fabriek in zijn tijd was, zo onbekend is hij nu; zijn naam is vergeten en zijn erfgoed verstopt. De rode draad door het onderzoek is het erfgoed dat Bouvy heeft nagelaten in de vorm van allerlei soorten glas, zoals gebogen glas, glas in lood, etsglas en gebrandschilderd glas. Dat glas is door Laura Roscam Abbing opgespoord door oproepen te plaatsen in tijdschriften. Door veel bezitters van gesigneerd Bouvy-glas is gereageerd door het melden van vindplaatsen en het opsturen van foto’s. De vele foto’s van Bouvy-glas in het boek laten de hoge kwaliteit en het brede assortiment zien, dat de fabriek kon leveren. Het onderzoek leidt tot de conclusie dat onze huidige, gebouwde omgeving zonder de firma J.J.B.J. Bouvy – en zonder zijn Nederlandse glascollega’s – niet hetzelfde zou zijn geweest. De stormachtige ontwikkelingen in de bouw en de wisselwerking met innovatieve bedrijven als Bouvy zijn in onze omgeving nu nog terug te zien. De invloed van Bouvy en het glas dat de firma naliet, is al generaties meegegaan. Deze erfenis verdient het om meer in de aandacht te komen en te worden gewaardeerd als wezenlijk onderdeel van het Nederlandse culturele erfgoed.