Samenvatting
Op je vertrouwde plek blijven wonen, ook wanneer het om verschillende redenen je niet meer past en jou misschien zelfs het leven kan kosten, of tijdig de knoop doorhakken en vertrekken naar een nieuwe woonplaats, met achterlating van veel wat je dierbaar is? Deze cruciale vraag tekent het leven van vier generaties in een Joodse familie, die tussen 1892 en 1976 in verschillende landen, steden en dorpen hebben gewoond, waaronder twee kibboetsim. Hun dagelijkse leven is een spannende microgeschiedenis die de macrogeschiedenis van dat tijdsgewricht weerspiegelt, met oorlogen, vervolgingen, genocide, ballingschap, immigratie en politiek-maatschappelijke stromingen, die in het leven van miljoenen individuen hebben ingegrepen en dat nog steeds doen. Deze roman volgt hun authentieke geschiedenis, al dragen bijna alle personages een fictieve naam en is er meer uit de verbeelding geput, om de identificatie te bevorderen. De personages worden als mensen van vlees en bloed subtiel geportretteerd, met hun liefdes, groeipijn, geloof, angsten, rouw, ambitie en dromen. Naast de keus tussen blijven waar je woont of weggaan, lopen onnadrukkelijk andere thematische lijnen en lussen door de vier generaties, zoals de positie van vrouwen en hun bewustzijn ervan, de verschuiving in geloof, ideologie en opvoedingsstijl. De ervaringen van de kibboetsdochter in de vierde generatie, die in groepshuizen opgroeit in plaats van bij haar ouders, zijn voor lezers, die het leven in de kibboets van toen niet van binnenuit kennen, nieuw en af en toe schokkend. Tsafrira Levy, geboren en opgegroeid in Israël, woont sinds 1976 in Nederland en heeft tot haar pensioen als psychotherapeut gewerkt. Vanaf 1997 publiceert ze in het Nederlands proza en poëzie, waaronder ook enkele vertalingen uit het Hebreeuws.